1. We werken aan een leefbare stad en omgeving, waarin de verschillende ruimtelijke functies evenwichtig en in samenhang op elkaar zijn afgestemd en worden ontwikkeld.
Hoofddoelstelling
1. We werken aan een leefbare stad en omgeving, waarin de verschillende ruimtelijke functies zoals wonen, werken, recreëren, voorzieningen en mobiliteit evenwichtig en in samenhang op elkaar zijn afgestemd en worden ontwikkeld.
Apeldoorn groeit door naar minimaal 180 duizend inwoners in 2040. Dit vraagt een schaalsprong in de duurzame doorontwikkeling van stad, dorpen en buitengebied. Zodat iedereen hier goed kan wonen, er voldoende werk is, de voorzieningen op orde zijn, de stad bereikbaar is en er volop mogelijkheden voor recreatie zijn. |
---|
Doelstelling 1.1
Doelstelling 1.1 Stadmaken op de Veluwe Stadmaken op de Veluwe is meer dan enkel woningen toevoegen in Apeldoorn. Onze ambitie is dat Apeldoorn nog meer een levendig stadsmilieu wordt. Een stadsmilieu waar - naast wonen - ook ruimte is voor commerciële, culturele en maatschappelijke publieksfuncties. Denk aan werkfuncties, horeca, onderwijs, welzijn en cultuur. Stadmaken op de Veluwe is waar we vanuit stedelijk programmeren sturen op leefbaarheid en kwaliteit.
Prestaties
1.1.01 Onderzoeken t.b.v. Ruimtelijke Ontwikkelingen |
---|
Voor het wijzigen van een Omgevingsplan of het verkrijgen van een Omgevingsvergunning zijn diverse onderzoeken noodzakelijk. Denk hierbij onder meer aan diverse milieuonderzoeken. Deze onderzoeken worden veelal door- en voor rekening van initiatiefnemers uitgevoerd en de gemeente toetst zelf de resultaten of laat deze toetsen door het bevoegd gezag. De gemeente begeleid het proces om tot goedkeuring van onderzoeken en rapportages te komen en toetst of hiermee aan de wettelijke voorschriften en/of eisen wordt voldaan. Omdat het programma Stadmaken op de Veluwe een meerjarig programma is met veel projecten in diverse fasen, beperkt deze prestatie zich niet tot een jaar of een bestuursperiode. De verschillende producten worden doorlopend aangeleverd, getoetst, besproken met als doel vaststelling. |
1.1.02 Uitvoeren MER-strategie |
---|
Om effecten van toekomstige ontwikkelingen op het milieu in beeld te brengen is een NRD (Notitie Reikwijdte en Detailniveau) opgesteld. Hierin zijn milieueffecten in samenhang beschouwd en hieruit is een strategie ontwikkeld zijnde de MER (Milieu Effect Rapportage). De MER beschrijft mitigerende maatregelen (maatregelen die de negatieve effecten van een project op het milieu voorkomen of verminderen). De MER-strategieën is t.a.v. onze leefomgeving leidend voor ontwikkelingen in de Kanaalzone en de Spoorzone. |
1.1.03 Mobiliteitshubs Kanaalzone en Spoorzone |
---|
Vanuit de subdoelstelling ‘Bereikbare- en leefbare stad en Omgeving’ wordt met de adviseurs mobiliteit gewerkt aan de ontwikkeling van mobiliteit-hubs (parkeervoorziening met deelmobiliteit) in de Kanaalzone en de Spoorzone. Dit betreft voor de Kanaalzone de ontwikkeling en realisatie van de Grift-garage bij het nieuwe zwembad en voor de Spoorzone de herinrichting en optimalisatie van de P+R voorziening ten zuiden van het spoor aan de Laan van de Mensenrechten. |
1.1.04 Mobiliteitsaanpassingen |
---|
Vanuit de subdoelstelling ‘Bereikbare- en leefbare stad en Omgeving’ wordt met de adviseurs mobiliteit gewerkt aan verkeerskundige aanpassingen in het wegennet. Gebieden zoals de binnenstad worden verkeersluw gemaakt om onder meer vergroeningsopgaven te kunnen realiseren. Doorgaand verkeer door het centrum wordt beperkt. Verkeer op ringwegen wordt geïntensiveerd om goede doorstroming te behouden. Deze opgave geeft uitvoering aan het ‘onderzoek naar hoofdwegen en mobiliteit Apeldoorn 2040’ (voorheen Netwerkanalyse) in de Kanaalzone, Spoorzone en Binnenstad. |
1.1.05 Omgevingsplan Binnenstad |
---|
Betreft het in 2024 voorbereiden van het nieuwe Omgevingsplan voor de Binnenstad en het in 2025 in procedure brengen van het nieuwe Omgevingsplan voor de Binnenstad. |
1.1.06 Verblijfskwaliteit pleinen binnenstad |
---|
Deze prestatie betreft het uitvoeren van onderzoeken naar de wijze waarop de verblijfskwaliteit van de pleinen in de binnenstad kan worden verbeterd. Het doel hiervan is om langer verblijf dan nu, op de pleinen te stimuleren. Uit de onderzoeken die per plein worden uitgevoerd worden verbetervoorstellen gedaan. Na besluiten op verbetervoorstellen wordt uitvoering gegeven aan de verbetering(en). |
1.1.07 Ontwikkelkader station Apeldoorn |
---|
Gemeente, Provincie Gelderland, NS en ProRail werken samen aan een stedelijke ontwikkeling rondom het station Apeldoorn. Hierin wordt het station als belangrijke knoop binnen de stad opgenomen. Hierbij hoort ook een goede invulling van de openbare ruimte en het verminderen van de barrièrewerking van het spoor. |
1.1.08 Campusontwikkeling Veldhuis |
---|
Deze prestatie betreft voorbereidend werk voor ruimtelijke procedures om te komen tot realisatie van onderwijsprojecten waaronder ook onderwijshuisvesting zoals opgenomen in het Masterplan Veldhuis. Herhuisvesting van het CvD en de algehele campusontwikkeling maken hier een onderdeel van uit waarmee gestart wordt. |
1.1.09 Transformatie HTS Kayersmolen |
---|
Deze prestatie betreft de start van de verbouwing van het voormalig HTS gebouw aan de Condorweg naar woningen. Deze start houdt verband met de WBI subsidie. |
1.1.10 Ontwikkelplan Zwitsal |
---|
Deze prestatie ziet op het opstarten van projecten die een directe relatie hebben tot de WBI voor Kanaalzone Noord. Gevolgd wordt de planning die onderdeel uitmaakt van de WBI, startend met de ruimtelijke procedure voor wijziging van het Omgevingsplan voor de projecten Wilhelm Tell, Vlijtsepark en Zwitsal. |
1.1.11 Partiële herziening Omgevingsvisie |
---|
Het realiseren van een partiële herziening van de Omgevingsvisie. Het gaat hierbij om een veegactie van die onderdelen die momenteel in strijd zijn met de Omgevingsvisie. Na het inventariseren van de strijdigheden deze verwerken in een partiële herziening. Zichtbaar moet zijn hoe deze partiële herziening zich verhoudt tot de integrale herziening van de Omgevingsvisie en ander gemeentelijk strategisch beleid die eraan komt in de volgende raadsperiode en het veranderende ruimtelijk beleid van de hogere overheden. |
1.1.12 Ontwikkelkader Zuidrand |
---|
Het ontwikkelkader voor de nieuwe uitleglocatie ten zuiden van de A1, ook wel De Zuidrand genoemd, (Beekbergsebroek) in 2025 afronden en laten vaststellen door de gemeenteraad. |
1.1.13 300 vaste kern woningen en 200 host-kavels Host City |
---|
Deze prestatie betreft het gehele ruimtelijke proces voor de realisatie van 300 vaste kern woningen en 200 host-kavels binnen de zuidkavel Beekbergsebroek. Gewerkt wordt in lijn met een actieve grondexploitatie. |
Doelstelling 1.2
Doelstelling 1.2 Voldoende woningen voor iedereen in elke levensfase, die betaalbaar, beschikbaar, bereikbaar en duurzaam zijn in vitale wijken en dorpen.
Prestaties
1.2.1 Toevoegen woningen, gedifferentieerd naar gebied, type, prijs en segment conform het Volkshuisvestingskader 2023-2030 en de regionale Woondeal. |
---|
In de omgevingsvisie en de regionale woondeal is opgenomen hoeveel woningen Apeldoorn de komende jaren toevoegt. De toevoeging van woningen wordt bijgehouden. Minimaal 1x per jaar wordt gerapporteerd. We werken met een nieuw systeem om de woningbouw te monitoren. |
1.2.2 We werken het woningmarktinstrumentarium van de gemeente Apeldoorn verder uit en voeren dat in. |
---|
Dat zijn in elk geval de Huisvestingsverordening met daarin de urgentieregeling (die regionaal wordt opgesteld) en de regels rondom kamerverhuur in de omgevingsplannen. |
1.2.3 Doorstroom van senioren op de woningmarkt stimuleren |
---|
Via onder andere doorgaan van een verhuiscoach, inzetten op vernieuwing door ook in te zetten op ondersteuning van bewoners van koopwoningen. De doorstroomcoach is niet gericht op het behalen van veel aantallen verhuizingen, maar op het zorgen voor een goede match tussen mens en woning. Hier ligt een sterke link met Maatschappelijke ontwikkeling en met de campagne ‘Praat vandaag over morgen’. |
1.2.4 We nemen verantwoordelijkheid om arbeidsmigranten op een goede manier op te vangen in onze lokale gemeenschap |
---|
Dit doen we door het stellen van eisen aan voldoende en goede (tijdelijke) huisvesting. Binnen de gemeente is de stuurgroep arbeidsmigranten belast met alle onderwerpen die arbeidsmigranten aangaan, zoals ook het stimuleren van taal en participatie, het verbeteren van de positie van de arbeidsmigrant en de zorg voor uitvallers. In de stuurgroep zijn alle relevante disciplines vertegenwoordigd. Het streven is om aantrekkelijk te blijven voor deze groep werknemers met als doel een duurzame inzetbaarheid op de arbeidsmarkt. |
1.2.5 beleidskader voor CPO ontwikkelen |
---|
Mensen willen samen betaalbare huizen bouwen via Collectief Particulier Opdrachtgeverschap (CPO). CPO’s kunnen een belangrijke rol speken in het versterken van sociale netwerken en het tegengaan van sociaal isolement. Het stimuleren van CPO’s is één van de manieren waarop we de gevolgen van de vergrijzing willen opvangen. |
1.2.6 Nieuwe wetten en regelgeving |
---|
Op het gebied van wonen zijn de afgelopen periode een aantal wetten van kracht geworden en de verwachting is dat in 2025 nog enkele wetten ingaan. We gaan aan de slag met wat de invoering van deze wetten van de gemeente Apeldoorn vraagt. Het gaat onder andere om de Wet betaalbare huur en de (nog concept) Wet versterken regie volkshuisvesting. |
1.2.7 We werken in gezamenlijkheid met de gemeenten in de regio Stedendriehoek de mogelijkheden voor verstedelijking uit, zoals benoemd in de Nota Ruimte. |
---|
De regio Stedendriehoek is benoemd als regio waarin grootschalige verstedelijking kan plaatsvinden. In 2025 vindt het gesprek plaats over deze verstedelijking. Die mondt uit in een keuze voor een ontwikkelstrategie. |
Doelstelling 1.3
Doelstelling 1.3 Bereikbare, leefbare stad en omgeving waarin de verschillende vervoerswijzen verkeersveilig, duurzaam, innovatief en slim zijn. We dragen met onze werkzaamheden op het gebied van mobiliteit bij aan Gezondheid en Leefomgeving, als onderdeel van de Brede Welvaart uit het Coalitieakkoord 2022-2026. De kwaliteit van de openbare ruimte en de verdere doorontwikkeling bij het ‘stad maken’ wordt voor een belangrijk deel bepaald door de aanwezige verkeersstructuren. Te voet, met de fiets, het openbaar vervoer en de auto moet iedereen zich veilig, (waar nodig) snel en betaalbaar kunnen verplaatsen. Er wordt flink geïnvesteerd op dit vlak, waarbij tevens zoveel mogelijk kansen worden benut om bij te dragen aan het realiseren van de overige beleidsdoelstellingen, zoals het versterken van de groenstructuren. Om de gevolgen voor de ruimte en het leefmilieu zo klein mogelijk te houden en de stad bereikbaar te houden, zetten we in op slimme, duurzame en innovatieve mobiliteitsoplossingen. De vastgestelde Verkeersvisie 2016-2030, de Omgevingsvisie en de Mobiliteitsvisie voor de binnenstad zijn het onderliggende kader.
Prestaties
1.3.01 We faciliteren en stimuleren deelmobiliteit, hubs, vraagafhankelijk vervoer en andere stedelijke mobiliteitsoplossingen |
---|
Er worden overstappunten voor verschillende vormen van (deel)vervoer (mobiliteitshubs) gerealiseerd in de stedelijke ontwikkelingen en in de bestaande stad, waaronder een stedelijke hub bij het station maar ook meer kleinschalige in nieuwe gebiedsontwikkelingen, in de stadsrand en in bestaande wijken. Deelfietsen en deelscooters worden door verschillende aanbieders uitgerold. De gemeente stelt randvoorwaarden bij de uitrol van deze nieuwe vormen van vervoer. We zorgen ervoor dat onze mobiliteitsdata gedeeld kan worden, inclusief de borging in onze werkprocessen. |
1.3.02 We verbeteren de doorstroming op de Ring en de verbindingen met de snelwegen |
---|
De verdubbeling van de Laan van Zevenhuizen tussen Saloméstraat en Deventerstraat wordt voorbereid en uitgevoerd, evenals de capaciteitsvergroting van Kanaal Noord tussen Anklaarseweg en Laan van Zevenhuizen. |
1.3.03 We verminderen het doorgaand verkeer in Zevenhuizen Zuidbroek |
---|
Vanwege stikstof zijn de procedures voor de uitvoering van maatregelen om het doorgaande verkeer in de wijk Zevenhuizen Zuidbroek te verminderen on hold gezet. In 2025 blijven we de ontwikkelingen rond stikstof volgen. Het voornemen om de maatregelen uit te voeren blijft onverminderd van kracht zoals ook in het Coalitieakkoord staat beschreven. |
1.3.04 We werken samen met andere overheden en belangengroepen aan de verbetering van de verkeersveiligheid en leefbaarheid in de corridor Eerbeek-Loenen |
---|
We werken samen met de provincie en gemeenten Brummen en Rheden aan de Koersnota Wegennet Eerbeek Loenen, onderdeel van het multiproject Eerbeek-Loenen 2030. We bereiden voor en realiseren snelheidsverlagingen op de gemeentelijke wegen Kanaal Zuid en Hoofdweg in Loenen. Met de provincie werken we aan de voorbereiding en uitvoering van de snelheidsverlagingen op de N786 in Loenen en het deel tussen Loenen en A50. |
1.3.05 We lobbyen voor landelijke en regionale bereikbaarheid van Apeldoorn (weg en spoor) |
---|
Omdat een goede bereikbaarheid een belangrijke randvoorwaarde is voor de ambities in Apeldoorn 2040 en de overige verstedelijkingsopgaven in de Regio Stedendriehoek, lobbyen we samen met regionale partijen voor goede weg- en spoorverbindingen: een verbetering van de bereikbaarheid van Apeldoorn over de weg (A1 en A50) en over het spoor (waaronder trein naar Berlijn, directe spoorverbinding Apeldoorn- Barneveld in combinatie met een station Apeldoorn West, versnelling Apeldoorn-Zutphen-Winterswijk). Hiertoe organiseren we samen met de Regio Stedendriehoek bijeenkomsten, maken we deel uit van landelijke, provinciale en regionale projectgroepen en initiëren we bestuurlijke en ambtelijke overleggen. |
1.3.06 We werken aan een structurele parkeeroplossing voor Apeldoorn West |
---|
Diverse scenario's voor parkeeroplossingen worden verkend, waarna besluitvorming en uitvoering volgt. Tijdelijk wordt gebruik gemaakt van de oplossing waarbij op maximaal 25 dagen geparkeerd wordt op de J.C. Wilslaan. |
1.3.07 We werken aan de herschikking en toegankelijkheid van het parkeren met diverse projecten uit de Parkeervisie en de Visie op Mobiliteit in het Stadspark van Apeldoorn |
---|
Gewerkt wordt aan diverse projecten uit de Parkeervisie (2019) en de Visie op Mobiliteit in het Stadspark van Apeldoorn (2021), zoals digitalisering van parkeerproducten en het ontsluiten van real-time parkeerdata, invoering scanauto (voor digitale handhaving), stimuleren gebruik van transferpunten/hubs, extra aanbod fietsenstallingen en innovaties in parkeergarages. Ook onderzoeken we mogelijkheden om in de binnenstad straat-parkeren te verplaatsen naar parkeergarages, waardoor extra groen en verblijfskwaliteit kan worden toegevoegd. |
1.3.08 We verbeteren de voorzieningen voor de fiets: verkeersveilige (regionale) fietsroutes en stallingsvoorzieningen |
---|
We bereiden de aanleg van het tweede deel van de fietsroute langs de Elsbosweg (A50-Klarenbeek) voor en voeren dit uit evenals de opwaardering van het fietspad tussen Apeldoorn en Vaassen over de voormalige spoorlijn. Op de Sprengenweg tussen Badhuisweg en Henri Dunantlaan verbeteren we door maatregelen de verkeersveiligheid, speciaal voor fietsers. We realiseren een nieuwe bewaakte fietsenstalling in de Hofstraat ter vervanging van De Serre. Ter ondersteuning van het fietsparkeerverbod in het voetgangersgebied, zetten we extra in op de ordening (fietsparkeervakken), communicatie, handhaving. |
1.3.09 We verbeteren de verkeersveiligheid door fysieke maatregelen en door gedragsbeïnvloeding |
---|
We verbeteren de verkeersveiligheid door de aanpak van onveilige verkeerssituaties, waar we aansluiting zoeken bij het gemeentelijke onderhoudsprogramma. We zullen uitvoering geven aan de maatregelen die naar voren komen uit het Actieplan verkeersveiligheid Apeldoorn, voor zover passend binnen de beschikbare budgetten. Tevens verbeteren we de verkeersveiligheid door extra inzet op gedragsbeïnvloeding en verkeerseducatie onder andere voor kinderen. |
1.3.10 We verkennen manieren waarop de binnenstad goed bereikbaar blijft waarbij de ambities van het Stadspark worden gerealiseerd |
---|
Om het Griftpark in de Hofstraat / Kanaalstraat te kunnen realiseren, worden buslijnen verplaatst naar de Kalverstraat. We dragen bij aan een integraal plan om de binnenstad autoluw te maken wat nodig is om de ambities van de binnenstad als Stadspark te realiseren waarbij bewoners en bezoekers hun bestemmingen kunnen bereiken en de leefbaarheid wordt vergroot. Speciale aandacht gaat uit naar de positie van voetgangers en fietsers. |
1.3.11 We stimuleren en faciliteren de transitie naar schone mobiliteit door laadinfrastructuur, zero emissie stadslogistiek en tankpunten voor schone brandstoffen |
---|
We participeren in de provinciale concessie voor de uitrol en plaatsing van laadinfrastructuur die in de openbare ruimte wordt gerealiseerd. Daarnaast faciliteren we plannen van marktpartijen om op strategische locaties in de stad auto’s te kunnen laden, mogelijk zijn deze locaties in combinatie met lokale opwek van energie te ontwikkelen tot ‘energy-hubs’. We stellen beleid op voor laadinfrastructuur. Daarnaast bestaat de wens om samen met marktpartijen te komen tot meer aanbod van duurzame brandstoffen (waaronder bv waterstof), snellaadfaciliteiten en truckersvoorzieningen. Ook hierbij spelen we een faciliterende rol. We werken verder aan de doelstelling om de stadslogistiek Zero-Emissie te krijgen onder andere door vanaf 2030 een Zero-Emissie zone in de binnenstad in te stellen. |
1.3.12 We lobbyen samen met andere partijen tegen laagvliegroutes over de Veluwe die voortkomen uit de Luchtvaartherziening |
---|
We zetten samen met de provincie Gelderland, omliggende gemeenten en belangenorganisaties in op een zodanige invulling van de luchtruimherziening dat overlast van burgervliegverkeer door laagvliegroutes, van en naar Schiphol Airport en (eventueel) Lelystad Airport wordt voorkomen. Het nieuwe kabinet zal de uiteindelijke keuze over vliegroutes en de opening van Lelystad Airport moeten maken. |
Doelstelling 1.4
Doelstelling 1.4 De gemeente draagt via haar publiekrechtelijke rol bij aan de ruimtelijke ontwikkeling van Apeldoorn
Prestaties
1.4.1 Vergunningaanvragen worden binnen de wettelijke termijn behandeld. |
---|
1.4.2 Beoordelen van initiatieven en plannen zodanig dat het proces en de termijnen helder zijn voor de initiatiefnemer. En dat binnen de afgesproken termijn het initiatief of plan beoordeeld is. |
---|
1.4.3 Beoordeling van plannen en initiatieven per 1 januari 2024 conform de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging. |
---|
1.4.4 Preventie, toezicht en handhaving per 1 januari 2024 conform de Omgevingswet en de Wet Kwaliteitsborging |
---|
2. We respecteren, beheren en ontwikkelen ons natuurlijk kapitaal, zoals water, bodem, klimaat en natuur op een duurzame manier en we maken de overstap naar het gebruik van hernieuwbare energie.
Hoofddoelstelling
2. We respecteren, beheren en ontwikkelen ons natuurlijk kapitaal, zoals water, bodem, klimaat en natuur op een duurzame manier en we maken de overstap naar het gebruik van hernieuwbare energie.
De verdere ontwikkeling van Apeldoorn mag niet ten koste gaan van onze schaarse natuurlijke hulpbronnen, want die zijn eindig. Natuur, bodem, water, daar zijn we zuinig op en zorgen we goed voor. Ons natuurlijk kapitaal onderhouden we goed en ontwikkelen we duurzaam verder waar nodig. |
---|
Doelstelling 2.1
Doelstelling 2.1 Energieneutraal en aardgasvrij voor 2050 In 2050 willen we in Apeldoorn energieneutraal en aardgasvrij zijn met een betrouwbaar, duurzaam en betaalbaar energiesysteem. Iedereen kan daar aan meedoen. Daarom omarmen en faciliteren we eigen initiatief van inwoners, ondernemers en instellingen. We werken samen met partners in en buiten de gemeente, met ondernemers, onderwijs en (collectieven van) inwoners om de energietransitie te versnellen.. We hebben daarnaast specifiek oog voor de kwetsbare groepen in de samenleving.Als tussenstap in het realiseren van deze ambitie willen we in Apeldoorn in 2030 33% energieneutraal zijn. Dat wil zeggen dat in 2030 de hoeveelheid duurzame energie-opwek binnen de gemeente Apeldoorn evenveel is als 33% van het totale energiegebruik binnen Apeldoorn. In 2014 was Apeldoorn 4% energieneutraal. Dit alles met als doel om de CO2 uitstoot en daarmee de opwarming van de aarde te beperken. In 2030 zou dit een reductie van 54% CO2 ten opzichte van 2014 betekenen. Dat wil zeggen dat Apeldoorn van 1.148 kT CO2 uitstoot in 2014 naar 527 kT uitstoot in 2030 gaat. Voor een totaal overzicht van projecten en activiteiten wordt verwezen naar het Actieplan 2025. Daar is ook de samenhang te zien in de stappen die we zetten vanuit het goede voorbeeld in de eigen bedrijfsvoering en ook de samenhang met de overige ontwikkelprogramma’s, zoals Zuidrand en BSK. In de jaarlijkse energiemonitor wordt de voortgang in beeld gebracht.
Prestaties
2.1.1 In 2030 is 30% besparing t.o.v. 2014 in energiegebruik gerealiseerd. |
---|
Dit betekent dat Apeldoorn van 16.000 TJ energiegebruik in 2014 gaat naar 11.000 TJ in 2030. Daarnaast zijn alle nieuwe ontwikkelingen minimaal energieneutraal. Het is belangrijk dat inwoners, bedrijven en instellingen actief nadenken over hun bijdrage aan de energietransitie. En vervolgens tot actie over gaan door besparingsmaatregelen te nemen en zelf opwek te realiseren. We ondersteunen vanuit het Energiepunt en door samen met energiecoöperaties naar onze inwoners toe te gaan. Daarnaast stellen we subsidies, leningen en (financiële) instrumenten beschikbaar en halen we subsidies binnen. Dit is belangrijk zodat Apeldoorn verduurzaamt en de vier Wijken van de Toekomst transitieklaar zijn. |
2.1.2 Inwoners in een financieel kwetsbare situatie worden extra ondersteund om energiemaatregelen te nemen en worden ontzorgd bij het verduurzamen van de eigen woning. |
---|
Dit doen we door voortdurend in gesprek te gaan n.a.v. vroegsignalering door Maatschappelijke Ontwikkeling (MO) en door hulp op maat te bieden. Hierbij wordt de koppeling gemaakt met de armoede aanpak (zoals de inzet van aanpakkers vanuit MO) en de samenwerking gezocht met externe stakeholders. |
2.1.3 In 2030 is in totaal 3.600 TJ opgewekt. |
---|
De energie die we nodig hebben, komt van duurzame bronnen. Opwek van duurzame energie doen we via opwek van zon in de gebouwde omgeving, opwek van zon via zonneparken, lobby voor windenergie en opwek via overige bronnen, zoals biogas, zonthermie, aquathermie en bodemwarmte. We realiseren ruim 210 ha in de gebieden Beemte-Broekland, Wenum Wiesel en in de Zuidrand. Samen zijn deze ontwikkelingen goed voor ongeveer 1.700 TJ. |
2.1.4 We werken aan het energiesysteem van de toekomst. |
---|
Het energiesysteem van de toekomst bestaat uit meer dan duurzame opwek van elektriciteit. Voor een betrouwbaar energiesysteem, waar opwek, opslag en distributie onderdeel van uitmaken, werken we in 2025 aan een Regionale Energiestrategie 2.0 (RES 2.0), een regionale energievisie én een lokale energievisie. Ook werken we in 2025 aan de actualisatie van het vervolg van de Transitievisie Warmte, het Warmteprogramma. We bereiden besluitvorming voor in het kader van de Wet collectieve warmtevoorziening (WCW) en de Wet Gemeentelijke Instrumenten Warmtetransitie (WGIW) die gemeenten bevoegdheden geven voor het realiseren én versnellen van (collectieve) warmtevoorzieningen in Apeldoorn. Ook besluiten wij over de ontwikkeling van de warmterotonde voor de stad Apeldoorn voor de volledige benutting van het warmtepotentieel dat het afvalwatereffluent van de rioolwaterzuiveringsinstallatie Apeldoorn (RWZI) in zich herbergt. |
2.1.5 We werken samen met partners aan vernieuwingen in infrastructuur voor warmte en elektriciteit om energiezekerheid te waarborgen. |
---|
Hierin hebben wij een faciliterende rol. Dit doen we door een besluit te nemen over de locatie van een nieuw middenspanningsstation in het Zuiden van Apeldoorn, en voortzetting van de buurtgewijze aanpak i.s.m. Liander bij het realiseren van meer transformatorhuisjes in de bestaande stad en de dorpen. Daarnaast komen we samen met bedrijven tot oplossingen voor netcongestie, zoals opslag bij bedrijventerreinen. Dit doen we door uitvoering te geven aan gebiedsgerichte aanpakken en door het faciliteren van een smart grid (opwek, opslag) op Apeldoorn Noord en Zuid, Ecofactorij en Kieveen. |
2.1.6 We hebben een definitief investeringsbesluit genomen en maken de eerste stappen naar een aardgasvrij Kerschoten. |
---|
Dit doen we door 70% deelname in de wijk op te halen, het warmtenet gefaseerd aan te leggen in Kerschoten en door het realiseren van een warmtecentrale. Daarbij worden koppelkansen met onderhouds- en vervangingswerkzaamheden in het beheer en onderhoud van de openbare ruimte benut. De particuliere woningeigenaren krijgen een woningadvies en we zorgen voor ondersteuning en doorverwijzing m.b.t. financiële regelingen voor de verschillende doelgroepen waaronder VVE’s en particuliere verhuurders en huurders. |
2.1.7 We werken toe naar wijkuitvoeringsplannen voor De Maten, Loenen en De Parken. |
---|
Dit doen we door vanuit de warmtevraag- en aanbod strategieën voor duurzame warmte te verkennen en keuzes te maken voor het beste alternatief voor aardgas. Na het opstellen van de wijkuitvoeringsplannen volgt een participatieve aanpak. We voeren met bewoners en doelgroepen gesprekken over de eindoplossing(en) binnen de kaders van de Transitievisie Warmte. Daarnaast gaan we samen met de woningeigenaren de wijk transitie klaarmaken voor de overstap naar de beoogde eindoplossing en ondersteunen we bewonersinitiatieven. De wijkuitvoeringsplannen zijn na vaststelling in de raad, het vertrekpunt en het spoorboekje voor de daadwerkelijke overstap naar duurzame warmte van de wijk. |
Doelstelling 2.2
Doelstelling 2.2 Een royale en veerkrachtige groen-blauwe omgeving voor mens, dier en natuur Apeldoorn is de ‘groene en royale hoofdstad van de Veluwe’. We worden gekend en geroemd als een aantrekkelijke groene gemeente en willen dat blijven en versterken. We zetten in op een robuuste groenblauwe hoofdstructuur als ruggengraat. Door de aanleg van meer groen en robuuster groen, door de openbare ruimte klimaatadaptief in te richten en natuurinclusief te ontwikkelen, beperken we de kwetsbaarheid voor klimaatverandering. We willen de hoeveelheid soorten planten en dieren in stand houden en vergroten, bij alle ingrepen die we (moeten) doen in onze openbare ruimte. Niet alleen voor nu, maar ook voor de toekomst. Groen heeft ook een positief effect op de gezondheid van mens en dier en draagt bij aan een uitnodigende en aantrekkelijke leefomgeving. De Omgevingsvisie, het Groenplan, de Ecogids, het Water- en rioleringsplan en het coalitieakkoord vormen hiervoor het onderliggende kader. Met de (uitvoerings)Agenda Klimaatadaptatie en Natuur geven we vanaf 2024 invulling aan de uitvoering via zes hoofdopgaven. Deze opgaven vullen we in met onze prestaties. Daarnaast nemen we deze opgaven ook mee in nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen, groot onderhoudsprojecten en het beheer via onze adviesrol in projecten.De effectiviteit van de prestaties wordt mede weergegeven aan de hand van de waardering van bewoners. Dit waarderingscijfer wordt bepaald aan de hand van tweejaarlijks onderzoek onder bewoners. Na de realisatie van de prestaties wordt een verhoging van het waarderingscijfer verwacht.
Prestaties
2.2.1 Aanpakken hittestress |
---|
Door het vergroenen van de openbare ruimte dragen we bij aan het tegengaan van hittestress. Dit doen we door het toevoegen van koelteplekken of -routes en het toevoegen van groen onder andere meer groen (15%) bij groot onderhoud van straten en pleinen. Ook voegen we (grote) bomen toe op plekken waar daarvoor voldoende ruimte is. Via onze stimuleringsregelingen kunnen bewoners ook zelf in actie komen en bijdragen aan de vergroening van hun directe omgeving. Prestaties |
2.2.2 Herstellen natuurlijk watersysteem |
---|
In nauwe samenwerking met provincie en waterschap wordt er een basis gelegd voor het herstel van het natuurlijk watersysteem door een duurzamer peilbeheer en door meer water vast te houden. Zo herstellen we de ‘sponswerking’ van de stad en het landelijke gebied. De plekken met wateroverlast blijven we proactief oppakken. De drinkwatervoorziening in Apeldoorn willen we ook voor de toekomst (met meer inwoners en een warmer klimaat) veilig stellen. Om verdroging tegen te gaan willen we de winning uit grondwater ook duurzamer inrichten en kijken naar andere bronnen voor drinkwater. Prestaties Bij de uitleggebieden aan de Zuidrand is het herstel van het aanwezige natuurlijk systeem uitgangspunt. Dat doen we door bodem water sturend te ontwerpen. We doen mee aan een pilot om inwoners bewuster met drinkwater om te laten gaan en een pilot om bij nieuwbouw waterbesparende technieken te implementeren. Met de provincie, het waterschap en Vitens verkennen we de mogelijkheden van een extra drinkwaterwinning ten noorden van Apeldoorn. |
2.2.3 Doorontwikkelen groen blauw casco |
---|
Sinds 2002 werken we aan de realisatie van de Groene Mal. Vanuit de Omgevingsvisie en het coalitieakkoord ontwikkelen we de Groene Mal door naar een Groen Blauwe Hoofdstructuur (GBHS). In de GBHS worden groen en natuur ontwikkeld, natuurgebieden verbonden, water vastgehouden en recreatieve verbindingen gerealiseerd. Naar verwachting wordt eind 2024/begin 2025 de nieuwe GBHS door de raad vastgesteld. Prestaties We zijn begonnen met de realisatie van de GBHS in het buitengebied en zetten in op de ontwikkeling en inrichting van natte natuur, bos en waterberging. Dit doen we (deels) door verwerving van gronden. Gezien de randvoorwaarden van grondpositie, afstemming met bewoners, bedrijven en andere partijen in gebiedsprocessen en de noodzakelijke capaciteit gaat dit om langjarige processen. We willen de kansen die zich voordoen benutten. In het Wenumse- en Pagegaaibeekdal gaat het om 15 ha. Langs de Grift, Groote Wetering bij Landgoed Woudhuis en bij Klarenbeek gaat het om ca 10 ha. Binnen ontwikkelgebieden als de Zuidrand, Beekbergsepoort/woud, Groote Leigraaf, Groote Wetering en Beemte Broekland zijn we faciliterend aan de gebiedsvisies. We dragen voor maximaal 20 ha bij aan de actieve ontwikkeling waar kansen aanwezig zijn en in samenhang met het gebiedsproces. In Uddel is sprake van een grote opgave en doen zich veel kansen voor vanuit het gebiedsproces en de verbonden partijen en initiatiefnemers. Daar voorzien we in een totale bijdrage van ca 20 ha voor de aanleg van de GBHS. Na vaststelling van de GBHS actualiseren we de Groenstructuurkaart. |
2.2.4 Natuurinclusief ontwikkelen |
---|
Medio 2024 is de NIKA-methodiek en subsidieregeling vastgesteld. Prestaties Naar voorbeeld van de klimaatstraat werken we een nieuw inspirerende straatontwerp ‘Straat van de toekomst’ uit, waarmee we laten zien hoe het écht anders kan; klimaatadaptief en natuurinclusief. |
2.2.5 Aanleggen Stadspark van Apeldoorn |
---|
Apeldoorn verfraait haar centrumgebieden - binnenstad, spoorzone en kanaalzone - door te verdichten en te vergroenen. We zoeken een nieuw soort Apeldoornse stedelijkheid. De centrumgebieden kennen straks een mix van stedelijke functies, waarbij we ook nieuwe groenstructuren aanleggen. Er komt meer hoogbouw. Er wonen meer mensen, die voor extra levendigheid in het centrum zorgen. Al deze veranderingen - minder winkeloppervlak en meer verblijf- en werk/woonfuncties - gaan samen met een radicale vergroeningsstrategie. De ambitie is dat onze binnenstad hét Stadspark van Apeldoorn wordt. Prestaties |
2.2.6 Behoud en versterken biodiversiteit |
---|
Apeldoorn heeft een grote rijkdom aan plant- en diersoorten; die biodiversiteit koesteren we, houden we in stand en versterken we. Om de hoeveelheid soorten te behouden en vergroten moeten we de Prestaties We bouwen verder aan onze biodiversiteit door de realisatie van ecospots, implementatie ecologisch beheer van openbaar groen, landschapsversterking en meer groen (zie overige prestaties). We pakken het achterstallig onderhoud van de poelen aan. |
2.2.7 Verbeteren Dierenwelzijn |
---|
Dieren maken een essentieel onderdeel uit van de Apeldoornse samenleving en verdienen de zorg die daarbij hoort. Bovenop de wettelijke zorgplicht en opvang van zwerfdieren wil Apeldoorn het dierenwelzijn verbeteren. De wettelijke taak voor de opvang voor zwerfdieren heeft de gemeente belegd bij Dierenasiel Kuipershoek, dat rechtstreeks valt onder de Dierenbescherming. Dit is geregeld in een contract. De nota Dierenwelzijn is in 2024 geactualiseerd. Prestaties In 2025 richten we ons op (onder voorbehoud van toekenning financiële middelen via de MPB): |
Doelstelling 2.3
Doelstelling 2.3 Het opnieuw gebruiken van grondstoffen en het borgen van een gezonde fysieke leefomgeving I. Het opnieuw gebruiken van grondstoffenApeldoorn heeft in het beleidsplan “Recycleservice 2025” het beleid voor huishoudelijk afval vastgelegd. Doelen zijn de beperking van de hoeveelheid afvalstoffen met de focus op de inzameling van grondstoffen, gevolgd door hoogwaardige recycling. In 2025 zullen we het beleidsplan “Recycleservice 2025” evalueren en nieuwe voorstellen doen voor de komende periode.Het overkoepelende doel is het komen tot een circulaire economie. Er zijn meerdere oplossingen om dat doel te bereiken. Sommige oplossingen dragen meer bij aan de circulaire economie dan andere. Om dat verschil weer te geven worden de oplossingen vaak als een ladder weergegeven, de zogenaamde R-ladder. De treden van boven naar beneden:• Reduce • Reuse • RecycleBij reduce gaat het er om, dat er minder spullen gekocht worden, die men eigenlijk niet nodig heeft of zo sporadisch nodig heeft, dat bijvoorbeeld delen met de buren een duurzamere oplossing zou zijn. Bij reuse gaat het om een afgedankt product (bijvoorbeeld een jas), dat in goede staat verkeert en door iemand anders ook als jas kan worden gedragen. Er zijn ook afgedankte producten die eerst gerepareerd, opgeknapt of gereviseerd moeten worden. Hierdoor wordt de levensduur verlengd en kan het product langer gebruikt worden.Bij recycle gaat het om het verwerken van ingezameld materiaal tot grondstoffen, die weer voor een nieuw product gebruikt kunnen worden (bijvoorbeeld ingezameld PMD wordt een bloempot). Bij recycling nemen de oorspronkelijke materiaal-eigenschappen soms af. Het gebruik van grondstoffen, energie (o.a. voor transport) en water neemt toe, als men lager op de ladder komt. • Als er geen spullen gemaakt worden, worden er geen grondstoffen, energie en water gebruikt. • Als de spullen een langere levensduur krijgen, hoeven er minder nieuwe complete producten te worden gemaakt. • Als de spullen gerecycled worden, is er water, energie en soms nieuw materiaal nodig (het nieuwe product bestaat meestal niet voor 100% uit gerecyclede grondstoffen). Ook is er transport nodig voor inzameling, recyclage, fabricage (van het nieuwe product) en verkoop. Sommige treden van de ladder vallen deels buiten het invloedgebied van de gemeente. De inwoner beslist namelijk zelf of hij wel of niet het allernieuwste model smartphone aanschaft, wel of niet zijn boormachine aan de buren uitleent enz.. Met voorbeeldprojecten en communicatie kan de gemeente de inwoners wel stimuleren om duurzamer met spullen om te gaan (bijvoorbeeld de samenwerking met Zero Waste Apeldoorn, kringloopwinkels en het repaircafe).De trede recycle ligt duidelijk binnen het invloedgebied en zelfs binnen de verantwoordelijkheid van de gemeente (de gemeente is verantwoordelijk voor de inzameling van huishoudelijk afval). Door de inwoners te stimuleren hun afval goed te scheiden en hun de mogelijkheid te bieden dat te doen, kunnen er veel grondstoffen worden ingezameld die tot soortgelijke of andere producten kunnen worden verwerkt. Het gaat hier niet alleen om de kwantiteit, maar vooral om de kwaliteit van het ingezamelde materiaal. Inzamelen heeft weinig zin, als het materiaal uiteindelijk niet gerecycled wordt of kan worden. De verwerkers leggen om die reden de lat steeds hoger, het door hun toegestane percentage stoorstoffen neemt steeds verder af. Concreet betekent dit, dat bij gelijkblijvende vervuiling steeds meer vrachten volledig afgekeurd worden en alsnog verbrand worden (waardoor ook het goede materiaal verbrand wordt).II. Borgen van een gezonde fysieke leefomgevingDoor met de inzet van onze Omgevingsdienst, op adequate wijze uitvoering te geven aan de wettelijke milieutaken, op het gebied van milieuvergunningverlening, -toezicht, -handhaving en rechtsbescherming, voorkomen we vermijdbare milieuschade en borgen zo ook een gezonde en fysieke leefomgeving. Daarnaast werken we, ondersteund door de specialistische adviezen van onze Omgevingsdienst, aan het verbeteren van de milieukwaliteit (bovenwettelijk), op het gebied van luchtkwaliteit, geluid, bodem en ondergrond, asbest en omgevingsveiligheid. Op het gebied van luchtkwaliteit richten wij ons in 2025 e.v. op het blijvend verbeteren van de lokale luchtkwaliteit. We voldoen reeds, conform onze ambitie, zowel aan de Europese grenswaarden als aan de Wereld Gezondheidsorganisatie (WHO)-norm uit 2015. Maar we blijven ons inspannen door bijvoorbeeld het nemen van verkeersmaatregelen in de binnenstad.In 2021 heeft de WHO haar advieswaarden aangescherpt, maar deze zijn nog niet verwerkt in de Europese richt- en grenswaarden. We rapporteren jaarlijks over de indicatoren stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10 en PM2,5) en roet. Voor geluid streven we de geluidsbelasting op gevels van woningen te verminderen tot maximaal 63 dB. Hiervoor is een Actieplan Geluid 2024-2028 vastgesteld waarin deze plandrempel is opgenomen. Dit plan is in 2024 geactualiseerd. In het Actieplan worden knelpunten geïnventariseerd en oplossingen voor verbeteringen voorgesteld, in veel gevallen is dat stil asfalt. Hierbij zijn echter geen structurele middelen beschikbaar gesteld. Op de belangrijkste bron, snelwegverkeerlawaai, heeft de gemeente geen directe invloed. Met de inwerkingtreding van de Omgevingswet in 2024 zijn de meeste structurele taken voor de kwaliteitszorg van de vaste bodem over gedragen van het bevoegde gezag Wet Bodembescherming provincie Gelderland naar de gemeenten. Deze nieuwe rol voor ons bevoegd gezag betekent een forse uitbreiding van het takenpakket bodem. Het merendeel van deze taken vallen onder het wettelijk basistakenpakket van de Omgevingsdiensten en zijn dan ook (in aanvulling op de huidige bodemtaken) bij onze Omgevingsdienst neergelegd. Dit betreffen de beoordelings- , toezichts-, en handhavingstaken. De verwachte extra ureninzet kan niet volledig binnen de bestaande begroting van de Omgevingsdienst worden verantwoord. De claim voor extra formatie hiervoor loopt mee in het voorstel voor onontkoombaar beleid Omgevingswet.Asbest in onze leefomgeving vormt een gezondheidsrisico. Om die reden blijven we sanering van de asbestdaken stimuleren. Bij gebrek aan een wettelijk verbod zetten wij daarbij in op vrijwillige sanering om zo toch een versnelling van de sanering van asbestdaken te bewerkstelligen. We streven naar een saneringsdoelstelling van 10% per jaar. Middels het bijhouden van een asbestdakenkaart worden de saneringen bijgehouden en gemonitord. De versnelling van de sanering van asbestdaken wordt vorm worden gegeven door stimuleringsacties en voorlichting voor zowel burgers als bedrijven. We informeren en adviseren bedrijven en bewoners die eigenaar zijn van grond met daarop een pand met een asbesthoudend dak over de maatregelen die nodig zijn om het asbesthoudende dak te verwijderen en over bedrijven die deze maatregelen kunnen uitvoeren. In samenwerking met Circulus zorgen wij ervoor dat de milieustraten het extra aanbod van asbest door particulieren mogelijk maken. Hierbij zetten we dus in op een verantwoorde en veilige manier van saneren.
Prestaties
2.3.1 De totale hoeveelheid afval (totaal van fijn restafval, grof restafval en grondstofstromen) per inwoner is in 2025 lager dan in 2023 |
---|
2.3.1 De totale hoeveelheid afval (totaal van fijn restafval, grof restafval en grondstofstromen) per inwoner is in 2025 lager dan in 2023 Deze prestatie is een uitwerking van de treden: Indicator: |
2.3.2 In 2025 wordt minimaal 55% van het huishoudelijk afval gerecycled |
---|
Deze prestatie is een uitwerking van de trede: Het percentage van 55% en het jaar 2025 zijn 1-op-1 ontleend aan de Europese Kaderrichtlijn Afvalstoffen. Er zijn een aantal factoren die deze prestatie beïnvloeden: Indicator: |
2.3.3 We ontwikkelen kennis en kunde op het thema van de circulaire economie, van lokaal tot Europees niveau. |
---|
Afvalproblematiek is vaak een signaalfunctie van andere problematiek (en omgekeerd). Om die reden verstevigen we de samenwerking met sociale partners, zoals de woningcorporaties en welzijnsorganisaties. Met de andere Circulus gemeenten wisselen we kennis en ervaringen uit en trekken waar mogelijk samen in projecten op. Landelijk zijn we actief in de Koplopersgroep Afvalpreventie (met onder andere een trainingsprogramma op zindelijkheid ter besparing van luiers en voedselverspilling), de Ambtelijke Werkgroep Afval en het Kennisprogramma Circulair terreinbeheer. Voor de periode 2025 – 2028 nemen we deel in twee Europese samenwerkingsprojecten (Clear Cities en E6). Het project E6 richt zich op levensduurverlenging van elektr(on)ische apparaten. Clear Cities richt zich op de uitdagingen rond afval bij verdichtingsopgaven (zoals de binnenstad). |
2.3.4 Inzet van onze Omgevingsdienst bij het uitvoeren (wettelijke) milieutaken en planadvisering |
---|
De Omgevingsdienst voert als verbonden partij de wettelijke milieutaken uit voor Apeldoorn. Daarnaast geeft de Omgevingsdienst milieuadvies bij gemeentelijke projecten en ruimtelijke ontwikkelingen en op het gebied van energie en circulariteit. Dit gebeurt op basis van een uitvoeringsprogramma, dat jaarlijks met de Omgevingsdienst wordt afgestemd en waarin meer concrete prestaties worden vastgelegd. De focus hierin is en blijft steeds het voorkomen van vermijdbare milieuschade en het borgen van een gezonde fysieke leefomgeving. Indicator |
Doelstelling 2.4
Doelstelling 2.4 Realiseren en beheren van een openbare ruimte die veilig, toegankelijk, klimaatbestendig, toekomstbestendig, uitnodigend en gezond is De openbare ruimte is de plek waar alles letterlijk en figuurlijk samen komt; het is de plek waar mensen elkaar ontmoeten, naar hun werk gaan, spelen, sporten en ontspannen. Het is ook de plek waar ambities rondom bijvoorbeeld klimaatadaptatie, biodiversiteit en circulariteit kunnen worden gerealiseerd. De openbare ruimte vervult daarmee een belangrijke rol in onze Brede Welvaart.
Prestaties
2.4.01 We houden de basis op orde; Dit betekent dat de kwaliteit van de wegen, paden en pleinen volgens bewonerspanel gewaardeerd op 7.0 of hoger |
---|
Via onze eigendommen (assets) in de openbare ruimte sturen we op de leefkwaliteit voor mens en dier. Die assets moeten allereerst functioneel en veilig zijn. In totaliteit beheren we de volgende assets, met een totale waarde van 2 miljard euro. We gaan hier nader op in, bij de paragraaf kapitaalgoederen. Overzicht assets |
2.4.02 We voorkomen onderhoudsachterstanden; Minimaal 80% van de openbare ruimte heeft een redelijke (technische) kwaliteit of beter |
---|
Veel assets lopen tegen het eind van hun levensduur. Momenteel (2023) ligt 76% van de wegen er nog goed bij. In 2021 was dit 78%. Onze norm (MPB) is 80%. De omvangrijke naoorlogse groei van Apeldoorn leidt 60 tot 80 jaar later tot een grote vervangingsopgave en er zijn meer vervangingen en investeringen nodig om de bestaande openbare ruimte op peil te houden. Wij blijven investeren in de verouderende wijken om de veiligheid te borgen en kapitaalvernietiging te voorkomen. |
2.4.03 We zorgen voor een biodivers fundament; We vermeerderen het aandeel bloemrijk grasland en gaan gefaseerd maaien |
---|
Waar het netjes houden van de openbare ruimte jarenlang de norm was, willen we nu de natuur meer de ruimte geven. Via ecologisch beheer kunnen we de biodiversiteit vergroten en ziekten en plagen beperken. Er is sprake van een toename van het aantal ziekten en plagen. Zoals de Japanse Duizendknoop die soorten verdringt en het Mediterraan Draaigatje die voor overlast zorgt. We willen zorgen voor een grotere soortenrijkdom qua bomen en planten en ecologisch beheer om de ziekten en plagen te verminderen. De afgelopen jaren hebben we dat gedaan door meer wilde flora te realiseren, het concept Kleurkeur van de Vlinderstichting toe te passen en door minder te maaien. Het resultaat is een natuurlijkere en robuustere omgeving. |
2.4.04 We kiezen voor bomen; We voegen bomen toe en verbeteren de groeiplaatsen van bestaande en nieuwe bomen. Zo neemt het kroonvolume toe. |
---|
Het belang van bomen is groot. Bomen vergroten de leefkwaliteit, geven zuurstof, verminderen hittestress, houden water vast en bieden voedsel en schuilplaatsen voor dieren. Bomen staan ook onder druk, door verdroging, verzuring bijvoorbeeld. Dit betekent dat we moeten investeren in groeiplaatsen voor bomen, het totale kroonvolume van bomen moeten vergroten en stenige omgevingen moeten omvormen naar groen. Voor een deel doen we dat natuurlijk al, onder meer via Bokashi voor de bomen en de actie Steenbreek voor het omvormen naar groen. |
2.4.05 We verminderen het gebruik van grondstoffen; Circulariteit is het uitgangspunt in ons eigen werk en bij in aanbestedingen |
---|
We willen het gebruik van grondstoffen verminderen, omdat we weten dat onze ecologische voetafdruk te groot is. Om die reden willen we onze eigen materialen hergebruiken en ook eisen stellen aan circulariteit bij inkoop van producten. |
2.4.06 We geven bij circulariteit het goede voorbeeld; Het werfterrein in Zuid wordt omgevormd tot circulair terrein |
---|
Naast de locaties Kuipersmaat en Laan van Zodiak, willen we ook het werfterrein bij de werf in Zuid de komende jaren omvormen tot een circulair terrein. Deze vinden we door een deel van de opslagruimte die de brandweer gebruikt bij werkgebouw Zuid hiervoor te benutten (ruimten begane grond en verdiepingsvloer kas) en in beheer te brengen bij de afdeling Beheer en Onderhoud. |
2.4.07 We houden onze speel- en beweegtoestellen op orde; Via goed onderhoud en vervangingen wanneer dat technisch nodig is |
---|
We onderhouden momenteel ruim 2.000 speeltoestellen. Deze worden technisch beoordeeld en vervangen wanneer dat nodig is. |
2.4.08 We realiseren nieuwe speel- en beweeglocaties; We maken een uitvoeringsplan met een profilering waaraan nieuwe speel- en beweeglocaties moeten voldoen. |
---|
We streven naar een uitbreiding van het aantal plekken voor spelen bewegen en ontmoeten. In het coalitieakkoord “Handen uit de mouwen en aan de slag!” is afgesproken dat inwoners in hun buurt een plek moet vinden waar bewegen wordt gestimuleerd. Dit als een concrete vertaling van de “uitnodigende buitenruimte” die in de omgevingsvisie is benoemd. |
2.4.09 We zorgen voor voldoende aanbod voor begraven en cremeren in Apeldoorn |
---|
Apeldoorn heeft een breed aanbod aan begraafplaatsen. Heidehof, Soerenseweg, Beekbergen, Uddel en Wenum Wiesel zijn de openbare begraafplaatsen die door de afdeling Beheer en Onderhoud beheerd worden. Naast het beheer worden ook de begrafenissen gepland, zijn we voorloper bij uitvaarten en delven we graven waarvan de grafrechten zijn verlopen. Deze laatste taak zullen we in plaats van handmatig, met specialistisch gereedschap uitvoeren zodat dit op een goede en waardige manier uitgevoerd blijft worden. |
2.4.10 We realiseren een natuurbegraafplaats, mogelijk in combinatie met herinneringsbos |
---|
Wij willen het aanbod aan mogelijkheden voor begraven verbreden en onderzoeken of er een natuurbegraafplaats kan worden gerealiseerd. Daarnaast willen we een plek om te herdenken toevoegen. |
2.4.11 We beheren 7 rijwielstallingen en 5 parkeergarages |
---|
We willen voldoende mogelijkheden bieden voor het parkeren van gemotoriseerde voertuigen en rijwielen. |
2.4.12 We hebben een storingsdienst die 24/7 op acute knelpunten in de openbare ruimte reageert |
---|
Onze storingsdienst is beschikbaar bij calamiteiten zoals bij ongelukken (afzetten wegen), acute knelpunten in de riolering of onveilige situaties in de openbare ruimte. |
2.4.13 We zorgen 24/7 voor gestrooide wegen binnen 400 meter van elke woning |
---|
Op basis van weeranalyses en metingen beoordelen we het risico op gladheid en gaan de helden van de gladheidsbestrijding met strooiers op pad. |
2.4.14 We bieden minimaal 100 collega’s vanuit de Participatiewet of (oude) Sociale Werkvoorziening werk in de openbare ruimte |
---|
Bij inclusie willen we als werkgever het goede voorbeeld geven. Dit doen we door mensen uit de participatiewet en de (voormalige) sociale werkvoorziening een goede werkplek te bieden bij de afdeling Beheer en Onderhoud. We hebben een Strategisch Personeelsplan (SPP) ontwikkeld, waarin we alle ontwikkelingen die op ons afkomen inzichtelijk maken en beoordelen wat er nodig is om ook in de toekomst onze doelstellingen kunnen waarmaken. Daarin zijn we onder meer in op de krapte op de arbeidsmarkt en onze rol als inclusieve overheid ingegaan. |
2.4.15 We bieden werkleerlijnen en BBL plekken aan om mensen nieuwe stappen op de arbeidsmarkt te laten zetten |
---|
We werken met werkleerlijnen. Op deze manier bieden we nuttig werk en begeleiding en zo komen mensen met afstand tot de arbeidsmarkt weer een stap verder in hun ontwikkeling. |
Doelstelling 2.5
Doelstelling 2.5 De vitale Veluwe: samen werken aan een vitaal en aantrekkelijk landelijk gebied We versterken, herstellen en ontwikkelen onze Veluwse natuur zodat deze ruimte kan blijven bieden als toplocatie voor recreatief en toeristisch medegebruik. In verbinding met natuur, landschap en water is er ruimte voor kwalitatief hoogwaardig en duurzaam toerisme, worden bewoners en bezoekers gastvrij ontvangen en genieten zij volop van cultuur en erfgoed. De landbouw blijft, verduurzaamt en sluit beter aan op de natuur. Er ontstaat nieuwe bedrijvigheid in het landelijk gebied. De leefbaarheid van het landelijk gebied en de dorpen neemt toe. De stad Apeldoorn is de groene en royale hoofdstad van de Veluwe die ons omringt en met een prettig leefklimaat een van de pijlers is van onze brede welvaart.
Prestaties
2.5.1 Herstellen van het natuurlijk watersysteem |
---|
Samen met partners doen we een verkenning naar mogelijkheden om te komen tot een balans tussen water onttrekken en water terugbrengen op de Veluwe, hoe we dit als één overheid kunnen organiseren, en welke financieringsmogelijkheden hiervoor zijn. We sluiten hiermee aan bij het proces dat de provincie is gestart voor een duurzaam Veluws watersysteem. We starten met een pilot om kwelwater uit de wijken vast te houden en/of te infiltreren op de Veluwe en/of waterbuffer aan de rand van stad. |
2.5.2 Verbinden van de Veluwe en de IJssel door het ontwikkelen van klimaatrobuuste natuur |
---|
We realiseren het Regiodeal Veluwe project Brongebied Grote Wetering (als onderdeel van Masterplan IJsselvallei) samen met onder meer gemeente Voorst, Waterschap Vallei en Veluwe, Stichting Landschapsbeheer Gelderland en andere streekhouders. Ook zetten we in op de verdere ontwikkeling van de Wenumse beekdalen. Het casco voor de Zuidrand geeft een integrale blik op het hele gebied, als verdieping en uitbreiding van gebiedsprofiel Zuid uit de Omgevingsvisie. In dit casco gaat het over woningbouw, bedrijvenlocaties, natuurontwikkeling, waterberging en grootschalige opwek van zonne-energie. We gaan binnen dit raamwerk combinaties maken van functies zoals klimaatrobuust maken van gebieden met nieuwe of uitgebreide natuur, nieuwe natuurzones met de afronding van de fietsrouteontwikkeling en landbouw in combinatie met recreatie. Ook kijken we naar plekken om water vast te houden voor droogtebestrijding in het gebied. Tot slot onderzoeken we de ontsluiting en gastvrijheid van het gebied voor toeristen en recreanten en hoe dit beter kan aansluiten op verderop gelegen recreatieclusters zoals Bussloo. We kijken welke kansen er liggen om hier aanbod te ontwikkelen dat de druk op het Veluwe-massief verlicht. |
2.5.3 Stimuleren van de transitie naar een toekomstbestendige landbouw |
---|
We werken samen met onze partners via de zes actielijnen uit ons Actieplan Landbouw mee aan een toekomstbestendige landbouw. Het behouden van de vitaliteit en leefbaarheid van het buitengebied is daarbij een belangrijk doel. Gebiedsgericht en maatwerk zijn hierbij sleutelbegrippen. Generiek zetten we in Apeldoorn onder andere in op actief relatiemanagement (o.a. door inzet van de relatiemanager en adviseur agrarische sector), het gebruik van netwerken waarin kennis wordt gedeeld en ontwikkeld, lobby (o.a. richting Rijk, provincie en Waterschap) en ons RO-instrumentarium (o.a. functieveranderingsbeleid). Apeldoorn is veelal niet leidend, maar zal faciliteren en inspringen op actuele kansen en ontwikkelingen. |
2.5.4 Realiseren van optimaal bestemmingsmanagement op de Veluwe |
---|
We investeren in en we faciliteren bestemmingsmanagement om de recreatieve druk op kwetsbare gebieden te verlichten, de gastvrijheid en belevingswaarde voor onze bezoekers te verbeteren en te zorgen voor minder overlast en meer leefbaarheid van onze inwoners. We houden hierbij rekening met de recreatiezonering. |
2.5.5 Versterken en ontwikkelen van vakantieparken in Apeldoorn |
---|
Met onze samenwerkingspartners blijven we proactief werken aan versterking en ontwikkeling van de vakantieparken door kennis te delen, het handelen af te stemmen en instrumentarium te ontwikkelen en toe te passen. Onze inspanningen doen we op het gebied van Innovatie, Herstructurering, Duurzaamheid, Sociaal en Veiligheid. Dit moet ertoe leiden dat de Veluwe de belangrijkste en meest gastvrije binnenlandse vakantiebestemming is en blijft. We gaan in Beekbergen Zuid gebiedsgericht sturen in plaats van parkgericht, zowel ruimtelijk, juridisch als financieel. Op basis van de in 2024 opgestelde ontwikkelkaart met daarbij behorende uitvoeringsagenda worden minimaal de projecten Groene Dooradering, Recreatieve Verbindingen Beekbergen en Natuurversterking en brandveiligheid Hoenderloo gerealiseerd. We gaan verder met de uitvoering van de strategie om het gebied aantrekkelijker te maken om te wonen, te werken en te recreëren. We zorgen dat onze ‘basis op orde blijft’ door onder meer scans van de bestemmingsplannen in het buitengebied, inzet op ‘1 park 1 plan’ en inzet van actief relatiemanagement op de parken. We nemen actief deel aan het regionale programma Vitale Vakantieparken Veluwe. |
2.5.6 Versterken van de leefbaarheid en vitaliteit van Uddel/GEUS |
---|
In GEUS (Garderen, Elspeet, Uddel, Speuld) werken zes overheden aan een toekomstbestendig gebiedsplan met het oog op klimaat, natuur, water, stikstof en leefbaarheid. De ambitie is: Een leefbare en vitale enclave, waarin sociaaleconomische en maatschappelijke wensen en ontwikkelingen in evenwicht zijn met een gezond water- en bodemsysteem en een robuuste natuur’. Op basis van de in het najaar 2024 vastgestelde integrale gebiedsvisie volgt een uitvoeringsagenda inclusief financiële paragraaf uitmondend in een ondertekende samenwerkingsovereenkomst. In 2025 wordt gestart met de implementatie van de uitvoeringsagenda. |